Spring naar inhoud

Locatie Congrescentrum De Molenberg Delfzijl

Inspirerende eerste GZA-dag

Datum

Afgelopen 14 november vond de allereerste GZA-dag plaats. Hoe de dag verliep? Dat zie en lees je in dit blog. 

 

Innovatie bij de opening

Passend bij innovatieve ontwikkelingen heet een robot de bijna tweehonderd betrokkenen van het Groninger Zorgakkoord (GZA) hartelijk welkom op deze eerste GZA-dag.

Korte GZA-film

Wat is het Groninger Zorgakkoord (GZA) en waar staan we nu? Met deze vragen opent dagvoorzitter Ruth Koops van ’t Jagt officieel de bijeenkomst. Een film geeft in beeld en woord het antwoord op deze vragen. In het aardbevingsgebied hebben achttien partijen een samenwerking gevonden in negen projecten waarin gebouwd wordt aan een toekomst met goede zorg voor alle Groningers. De ambities worden uitgesproken: nu en in de toekomst -dichtbij huis- goede zorg voor alle Groningers!

Speciale gasten

Twee speciale gasten worden welkom geheten. Acteur Marcel Hensema is gevraagd voor een rol in de afsluiting van deze middag. Om zich de informatie over zorg eigen te maken, legt hij deze middag zijn oor te luister. In de afsluiting geeft hij een samenvatting.

Minister Conny Helder

De tweede speciale gast is minister Conny Helder (minister voor Langdurige Zorg en Sport). In haar toespraak geeft ze aan dat Groningen bekend staat als een broedplaats voor de organisatie van de zorg in de toekomst. Groningen laat daarin een versnelling zien ten opzichte van andere provincies. ‘Bewustwording van die toekomst is nodig, want de toekomst is al begonnen’, aldus de minister. Overal loopt de zorg tegen grenzen aan en dit vraagt om samenwerking met elkaar. Het is goed om partijen met elkaar te verbinden. Het is ingewikkeld om elkaar te vinden, maar blijf dat vooral doen. Blijf elkaar vasthouden in de ontwikkeling van technologie en regionaal werkgeverschap, noemt ze.

Anderen hebben de GZA-voorbeelden nodig

Het is nodig dat de zorg anders wordt georganiseerd en de verbinding zoekt met de gehele samenleving, zodat de ‘maatschappij van de toekomst’ gevormd kan worden. Ook stipt ze het belang van het behouden van de zorgprofessional aan. ‘Blijf deze enthousiasmeren.’ De goede voorbeelden die ze vandaag ziet, deelt ze graag in het land. Anderen hebben deze nodig. Het GZA bouwt negen locaties aardbevings-, toekomstbestendig en duurzaam. ‘Het is indrukwekkend wat hier neergezet is, draag het uit en wees er trots op. In Groningen is de toekomst al begonnen!’

Kort interview met drietal GZA-betrokkenen

De dagvoorzitter leidt drie deelnemers door een kort interview. Karin van der Vries (manager innovatie/directeur wonen, welzijn en zorg, De Hoven), Bert Hogeboom (voorzitter raad van bestuur, Cosis) en Henk Kieft (directeur/adviseur, KAW) leggen uit waarom de samenwerking essentieel is in de zorg. De aardbevingsproblematiek heeft dit inzicht versneld. Er moet gebouwd worden, maar met het oog op krimp en vergrijzing was het zinvol om met meerdere zorgpartijen en gemeenten de schouders eronder te zetten, om zo een passend antwoord op de zorgvraag te geven. Heel verrassend in de samenwerking tussen deze achttien zorgpartijen is dat de partijen het gezamenlijk commitment nooit hebben losgelaten. Op ieders netvlies staat dat op langere termijn zorg beschikbaar moet blijven in dit gebied.

Waar liggen de uitdagingen?

Deze liggen vooral in besluitvorming: over locaties, het bouwen, over besturen en raden van toezicht. ‘Daar moet je elkaar in vinden en vergeet ook niet de formele en informele zorg, de verbindingen met de wijk’, benoemt Hogeboom. Kieft geeft voorbeelden van het belang en gelijkwaardigheid van de ‘niet-meedoeners’. Hij doelt op plaatselijke dorpsverenigingen en bewoners in de wijk/omgeving, waarbij het soms onvoorstelbaar is dat iets bespreekbaar wordt. ‘Er wordt ruimte gegeven en dat is ongelooflijk inspirerend.’ Hieruit blijkt dat de omgeving sneller is in de besluitvorming.

De urgentie verbindt

Van der Vries snijdt het onderwerp ‘arbeidsmarkt’ aan. De impact van de krapte is enorm. De zorg loopt tegen grenzen aan. ‘We denken al langere tijd na over inzet van eHealth en domotica, maar wat vraagt de arbeidsmarkt nu van ons? Er komen steeds meer vragen bij. Ik denk dat de grootste innovatie is dat we flexibel worden, dat we zien wat er moet gebeuren en dat we ons voortdurend aanpassen.’ Het bouwen van nieuwe locaties heeft een andere tijdshorizon dan die van de sociale structuur. Kijk voorbij de stenen. Dat betekent vooral oog houden voor de samenleving, wat hebben we daar te doen en daar moeten we in meebewegen.

GZA-projecten

In de informatieronde krijgen de deelnemers de gelegenheid om de negen projecten te bezoeken. Aan de hand van een posterpresentatie van de bouw en omgeving en een praatplaat over de sociale inbedding in de wijk wordt de informatie opgehaald. Projectleiders en innovatiemanagers geven hierop een toelichting.

Workshop 1: GZA-zorgwerkgeverschap

Een verwacht personeelstekort van 6400 zorgprofessionals in de provincie Groningen nodigt uit tot het verzilveren van de kansen die zich nu aandienen. Binnen het GZA ziet men dit als een unieke gelegenheid voor gezamenlijk werkgeverschap. De kanslijnen zijn:

1) de inzet van technologie

2) het regelarm organiseren

3) het creëren van een werkgeversplatform

4) het werven van zij-instromers.

De droom van de werkgroep is dat het werkgeversplatform de werknemer de kans geeft zijn talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Niet meer denken vanuit bestaande kaders. Dat geeft grote veranderingen in de organisaties en een omslag in denken op de afdeling. De organisaties brengen vraag en aanbod samen en kijken hoe de medewerker het beste gefaciliteerd kan worden. Competenties van de medewerker zijn leidend, in tegenstelling tot het werven op functie. Bij het werven van 1200 zij-instromers binnen zes jaar wordt ook ingezet op deze gezamenlijkheid.

Workshop 2: Dorpsgericht aanbod van formele en informele zorg in Loppersum

Hoe zorg je als dorp voor je inwoners, ook tijdens hun oude dag? Hoe organiseer je dat het dorp bijdraagt aan de uitvoering van zorgtaken? En hoe sluit je hier als professionele (zorg-) en welzijnsorganisaties je dienstverlening op aan? De workshop toont hoe Wiemersheerd in Loppersum er met de ondersteuning van de inwoners in geslaagd is om een dorpsgerichte samenwerking tot stand te brengen. Dat begon met bewonersbijeenkomsten. De ervaring heeft geleerd om de contacten met betrokkenen en organisatie laagdrempelig te houden en een straatcontactpersoon te benoemen.

Workshop 3: De realiteit van zorgtechnologie

We hebben straks minder mensen beschikbaar en moeten meer zorg bieden. Zorgtechnologie draagt bij aan zo zelfstandig mogelijk leven voor inwoners en cliënten. Daarnaast kan de technologie het werk van medewerkers verlichten en zorgprocessen efficiënter laten verlopen. Maar hoe pak je dat aan? In de workshop werden een ‘top’ en een ‘flop’ belicht. Wat maakt dat het ene idee succesvol is en het andere flopt?  

Tops

  1. Er wordt tevreden teruggeblikt op het proces rondom ‘slimme inco’, ook al leidde het nog niet tot een inzet bij De Zijlen.Wellicht kan het in de toekomst wel een oplossing zijn. Bij dit project is er vooraf een goede analyse gemaakt en zijn de juiste mensen betrokken om een goed oordeel te vellen.  
  2. Binnen Lentis is het online behandelplatform voor cliënten in de ambulante zorg goed geslaagd. Cliënten kunnen op hun eigen moment, locatie-onafhankelijk online zorg ontvangen. Lentis biedt online behandeling nu standaard aan en de zorg is nu vaak blended – een combinatie van online en face to face-zorg.  

Flops 

  1. Bij Lentis flopte het beeldhorloge, een gadget waarmee de cliënt ondersteund wordt bij het invullen van de dagstructuur. Het had een veelbelovende start. Na het vertrek van een dragende en enthousiaste verpleegkundige zakte het ineen. Hier was onvoldoende borging de oorzaak van het niet slagen.
  2. Bij De Zijlen flopte het beeldbellen. Tijdens de coronaperiode nam het een enorme vlucht, maar het oude gedrag herstelde zich snel. Het gekozen systeem bleek niet te voldoen aan de behoeftes van cliënten, die ook graag spraakberichten en foto’s wilden versturen en graag wilden chatten. Ze gebruikten liever whatsapp.

Workshop 4: Verbindende zorggebouwen

Voor het aardbevingsgebied werken we aan zorggebouwen die niet meer op zichzelf staan, maar zo veel als mogelijk verbindend zijn met het omliggende dorp of de omliggende wijk. We willen van een exclusieve naar een inclusieve samenleving, in zowel sociaal als fysiek opzicht. De gebouwen passen in het gebied en dagen uit tot ontmoeting. In het ontwerp worden bewuste keuzes gemaakt. Zo zijn er gemeenschappelijke functies. De ambitie is en blijft om te verbinden met de omgeving, het zorgnetwerk, het expertisecentrum maar ook op thema’s. De telkens terugkerende vraag bij nieuwbouw is: ‘Wat is nodig om verbonden te blijven?’

Workshop 5: Waar haalt Abraham de mosterd vandaan? Lokaal duurzaam voedsel op het bord van onze cliënten

De stevige ambitie van de werkgroep ‘duurzaam voedsel’ is om in 2030 tachtig procent van het ingekochte voedsel te betrekken vanuit de regio, zeventig procent reductie van de vleesconsumptie en de verspilling terug te brengen naar maximaal twee procent. In de werkgroep wordt gekeken naar de kansen om deze doelstellingen te halen. Welke productgroepen zijn vervangbaar door een lokale variant? De werkgroep definieert elk product als een experiment. Als zo’n eetwissel succesvol blijkt, wordt het opgeschaald.

In het spel dat tijdens de workshop wordt gespeeld, wordt kaas van de lokale boer ingezet. Al snel wordt duidelijk dat er meer bij komt kijken dan domweg het product vervangen. Hoe zit het met de prijs? Hoe is de beleving? De logistiek? En wat is er bij de leverancier voor nodig om aan de GZA-inkoopvoorwaarden te voldoen? Goede resultaten zijn inmiddels geboekt met aardbeien en asperges van de Groninger grond.

Workshop 6: De innovatieparadox binnen GZA: is mislukken een optie!?

Paul Iske, hoogleraar Open Innovation & Business Venturing aan de School of Business van Economics van de Universiteit Maastricht, nam de deelnemers aan de workshop mee in zijn passie voor briljante mislukkingen. Hij maakt duidelijk dat mislukken de normaalste zaak van de wereld is en dat je daar alleen maar van kunt leren. Eigenlijk zou het een recht moeten zijn om te mislukken, zodat mensen zich veilig voelen bij het experimenteren. Voor mensen in de zorg is dat lastig, men probeert risico’s zoveel mogelijk te beperken. Paul Iske neemt de deelnemers mee in een aantal patronen die vaak leiden tot mislukkingen. Mogelijk levert dit een bijdrage aan een klimaat waarin mensen dingen wel durven te proberen en blijven leren zodat hun faalintelligentie wordt vergroot.

Dank aan alle aanwezigen

De dagvoorzitter bedankt alle betrokkenen en spreekt haar speciale dank uit aan alle aanwezigen in de zaal. ‘Jullie maken het GZA!’ Voor een verrassende afsluiting kondigt ze tenslotte Marcel Hensema aan. Hij heeft veel gehoord vandaag en geeft in een sketch zijn spontane ontmoeting weer met een oude man die zijn retoriek beëindigt met: ‘Ze moeten het samen doen.’ Doelend op de mensen op de werkvloer en alle andere betrokkenen in de zorg. Onder muzikale begeleiding van Reinout Douma en Noëlle Weidman-Ercan zingt Marcel Hensema een in het Gronings vertaald liedje van Hennie Vrienten. ‘Het gaat niet over.’  


Meer weten over GZA?

Ga naar de propjecten

Ondertekenaars namens deelnemende partijen:

Cosis De Hoven Lentis Zonnehuisgroep Noord 's Heeren Loo Noorderzorg De Zijlen Gemeente Eemsdelta Provincie Groningen Woonzorg Nederland Woongroep Marenland Menzis Nationaal Programma Groningen Acantus Nationaal Coordinator Groningen Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties